Onze tips voor stoofvlees

Onze tips voor stoofvlees

Onze tips voor stoofvlees

Stoofvlees, echt heerlijk mals als het goed heeft kunnen sudderen. Vroeger zette oma een gietijzeren pan op een petroleumstelletje in de schuur en liet het vlees daar zeker zes uur sudderen. Misschien niet zo veilig, maar zo ging dat. In de recepten van vandaag de dag zien we vaak een bereiding van anderhalf of twee uur voor suddervlees. Dat is echt te weinig.

De kunst van het sudderen is om vlees dat veel collageen bevat (=taai) door het proces van verhitting op ongeveer 80 tot 90 graden zo te 'bewerken' dat het collageen wordt omgezet in elastine voordat dat het vlees zijn volledige garing bereikt. Dan is het vlees supermals en boterzacht. En dat proces duurt nu eenmaal lang.

Er is wel verschil in vlees dat je kunt gebruiken. Wil je het mooiste resultaat? Kies dan voor chuck eye; de rib van grain-fed rund. Riblappen en sucadelappen zijn altijd goed, van een vleesras is het vlees malser en smakelijker dan van de melkkoe. Aberdeen Angus grass-fed bijvoorbeeld is een uitmuntende keuze voor de stoof.

Mocht je in de vriezer nog rundvlees hebben liggen waar je even geen bestemming voor weet? Ook een picanha, cote de boeuf of zelfs longhaas kun je in blokjes snijden en gebruiken voor een stoofpot.