Gepekelde kalkoen met kruidenkorst en appel cider-jus

Gepekelde kalkoen met kruidenkorst en appel cider-jus
Mooie gepekelde kalkoen met kruidenkorst. Heerlijk uit de oven.

Ingrediënten

(8-10 personen):

Kalkoen

Pekel:
- 7 liter water
- 1 liter cider
- 225 gram kosjer zout
- 75 gram kristalsuiker
- 1 grote ui, in blokjes gesneden
- 1 grote of 2 kleine wortels, in blikjes gesneden
- 3 takjes selderij, in blokjes gesneden
- 1 hele knoflook, in 2 gelijke stukken gesneden
- ½ bosje verse rozemarijn
- ½ bosje verse salie
- 6 laurierbladeren
- 1 kalkoen (4.5-5.5 kg)

Kruidenkorst:
- 1 bosje verse rozemarijn, blaadjes fijn gesneden
- 1 bosje verse salie, blaadjes fijn gesneden
- 340 gram boter, op kamer temperatuur
- Kosjer zout

Jus:
- 1 grote ui, gesneden in blokjes van 1,25 cm
- 2 takjes selderij, gesneden in blokjes van 1,25 cm
- 4 teentjes knoflook, geplet
- 2 Granny Smith appels, gesneden in blokjes van 1,25 cm
- 5 laurierbladeren
- 1 kaneelstok
- 1 bosje tijm
- Kosjes zout
- 1 liter kippenbouillon, verdeeld
- 475 ml cider, verdeeld
- 60-90 gram bloem

Verdere benodigdheden:
- Slagerstouw

Bereiding

Pekelen:
Meng alle ingrediënten voor de pekel in een grote kom. Leg de kalkoen erin en laat het in de koelkast pekelen voor 2 tot 3 dagen.

Voorbereiding:
Haal de kalkoen een nacht van tevoren uit de pekel en dep het goed droog met keukenpapier. Meng de rozemarijn, salie en boter in een kleine kom voor de kruidenkorst. Breng, naar eigen inzicht, op smaak met kosjer zout. Doe de boter onder de huid van de kalkoen en masseer het in de borst en de poten. Masseer de boter ook in aan de buitenkant van de huid. Bind de benen samen boven de borst. Hierdoor blijft het vlees lekker sappig.

Bereiding:
Doe de uien, wortels, selderij, knoflook, appels, laurierbladeren, kaneelstok en tijm in een braadslee en breng op smaak met zout. Leg de kalkoen bovenop de groeten en leg het een nacht onbedekt in de koelkast. Hierdoor droogt de huid goed, waardoor deze lekker bruin en krokant kan worden. Zorg ervoor dat er geen rauw eten in de buurt van de kalkoen staat in de koelkast. Na de nacht in de koelkast is de kalkoen klaar om in de oven te gaan.

Verwarm de oven voor op 230°C.
Doe 475 ml kippenbouillon en 235 ml cider in de braadpan. Braad de kalkoen ongeveer 40 minuten in de oven totdat de huid bruin wordt.

Verlaag de oven tot 180°C voor de resterende kooktijd. Besprenkel de kalkoen iedere 30 minuten en voeg meer bouillon toe waar nodig. Braad de kalkoen ongeveer 35 minuten per kilo. Wanneer de kalkoen de goeie kleur heeft, wikkel je het in aluminiumfolie. Dit is om ervoor te zorgen dat de kalkoen niet aanbrand.

Haal de kalkoen uit de oven als de kerntemperatuur 71°C is. Zorg ervoor dat je geen bot raakt wanneer je de temperatuur meet. Als de kalkoen de goede temperatuur heeft bereikt, leg je deze op een snijplank voor op zijn minst 30 minuten.

Doe de groenten boven een kom door de zeef om ze van het mengsel te scheiden. Doe de groenten weg. Room het vet af en doe het in de braadslee. Dit is het vet voor de roux. Zet de braadslee over 2 pitten op laag vuur en voeg de bloem toe. Kook ongeveer 4-5 minuten, totdat het mengel op nat zand lijkt. Voeg vervolgens langzaam de overige cider, kippenbouillon en het cider-mengsel toe. Kook totdat het mengsel is ingedikt tot jus. Proef en breng eventueel nog op smaak. Giet het vervolgens in een kom.

Snij de kalkoen, verplaats het naar een opdienschaal en serveer met de jus.

Pekelen:

Meng alle ingrediënten voor de pekel in een grote kom. Leg de kalkoen erin en laat het in de koelkast pekelen voor 2 tot 3 dagen.

 

Voorbereiding:

Haal de kalkoen een nacht van tevoren uit de pekel en dep het goed droog met keukenpapier. Meng de rozemarijn, salie en boter in een kleine kom voor de kruidenkorst. Breng, naar eigen inzicht, op smaak met kosjer zout. Doe de boter onder de huid van de kalkoen en masseer het in de borst en de poten. Masseer de boter ook in aan de buitenkant van de huid. Bind de benen samen boven de borst. Hierdoor blijft het vlees lekker sappig.

 

Bereiding:

Doe de uien, wortels, selderij, knoflook, appels, laurierbladeren, kaneelstok en tijm in een braadslee en breng op smaak met zout. Leg de kalkoen bovenop de groeten en leg het een nacht onbedekt in de koelkast. Hierdoor droogt de huid goed, waardoor deze lekker bruin en krokant kan worden. Zorg ervoor dat er geen rauw eten in de buurt van de kalkoen staat in de koelkast. Na de nacht in de koelkast is de kalkoen klaar om in de oven te gaan.

 

Verwarm de oven voor op 230°C.

Doe 475 ml kippenbouillon en 235 ml cider in de braadpan. Braad de kalkoen ongeveer 40 minuten in de oven totdat de huid bruin wordt.

 

Verlaag de oven tot 180°C voor de resterende kooktijd. Besprenkel de kalkoen iedere 30 minuten en voeg meer bouillon toe waar nodig. Braad de kalkoen ongeveer 35 minuten per kilo. Wanneer de kalkoen de goeie kleur heeft, wikkel je het in aluminiumfolie. Dit is om ervoor te zorgen dat de kalkoen niet aanbrand.

 

Haal de kalkoen uit de oven als de kerntemperatuur 71°C is. Zorg ervoor dat je geen bot raakt wanneer je de temperatuur meet. Als de kalkoen de goede temperatuur heeft bereikt, leg je deze op een snijplank voor op zijn minst 30 minuten.

 

Doe de groenten boven een kom door de zeef om ze van het mengsel te scheiden. Doe de groenten weg. Room het vet af en doe het in de braadslee. Dit is het vet voor de roux. Zet de braadslee over 2 pitten op laag vuur en voeg de bloem toe. Kook ongeveer 4-5 minuten, totdat het mengel op nat zand lijkt. Voeg vervolgens langzaam de overige cider, kippenbouillon en het cider-mengsel toe. Kook totdat het mengsel is ingedikt tot jus. Proef en breng eventueel nog op smaak. Giet het vervolgens in een kom.

 

Snij de kalkoen, verplaats het naar een opdienschaal en serveer met de jus.